MERKWAARDIGE ORTHODOXE BIJDRAGE OP 40e NATIONALE COMMISSIE VOOR OECUMENE
DE 40e ALGEMENE VERGADERING VAN DE NATIONALE COMMISSIE VOOR OECUMENE
–
Een merkwaardige orthodoxe bijdrage
Gent – De 40ste Algemene vergadering van de Katholieke Nationale Commissie voor Oecumene op zaterdag 18 november 2006 te Gent rond ‘De aanwezigheid van de Kerken in het openbare leven’ in aanwezigheid van de kerkleiders van de christelijke kerken in België klonk als volgt: “Een samenleving die meer en meer stuit op de limieten van haar moderniteit biedt een belangrijke uitdaging aan de Kerken: deze van een gezamenlijk humaan en profetisch antwoord op vragen die zo bepalend zijn voor de toekomst van de samenleving”.
De hoofdspreker Archimandriet Gregorios Papathomas, professor van het Orthodox Instituut Sint-Sergius te Parijs, benadrukte dat om ergens een ontologische aanwezigheid te verzekeren, ook in de geschiedenis, er een lichaam dient te zijn in paulinische betekenis. Zoals het ene menselijke lichaam gemeenschappelijke functies heeft, terwijl zijn delen onderling harmonieus met elkaar verbonden zijn, op dezelfde wijze functioneren de leden van een Gemeenschap. Vertrekkend vanuit deze gedachte, heeft de apostel Paulus het begrip ‘volk van God’ verbonden aan dit van een lichaam, niet aan dat van een sociaal of cultureel ‘lichaam’ maar aan het lichaam van Christus, de Kerk. Dat éne Lichaam is noodzakelijk voordat wij werkelijk kunnen spreken van aanwezigheid en dan van getuigenis in het openbare leven. Inderdaad het lichaam verwijst naar een gemeenschap van zijn, denken en handelen. Iedere versnippering, iedere ontbinding of verdeeldheid van het lichaam vernietigt uiteindelijk de gewenste aanwezigheid op de plaats van de getuigenis die per definitie het openbare leven is. Ten tijde van de vervolgingen waren de eerste christenen als zodanig ‘afwezig’ in het openbare leven, maar hun uniciteit als het éne lichaam van Christus, zij het ‘onzichtbaar’ voor de heidense wereld, was een geïncarneerde aanwezigheid in de wereld. Vandaag, zijn we als christenen samen veel te veel ‘aanwezig’ in het openbare leven, maar is het een echte kerkelijke Christus’ aanwezigheid, zoals Paulus het bedoelde?
Voor de heer Jan De Volder, katholiek, biedt de seculiere democratie wel degelijk kansen aan de Kerken om een maatschappelijke rol te spelen. De staat wordt merkwaardig genoeg geconfronteerd met haar onvermogen om zelf meer te zijn dan een soort technocratische bestendiging van het welzijn van de burgers en om inspirerende toekomstprojecten gestalte te geven. Voorwaarde is natuurlijk dat de Kerk zelf zich enigszins aanpast aan de regels van het democratische debat. Zo gaat het niet meer op om eenmaal een document te publiceren waarin eens en voorgoed grondig en genuanceerd het standpunt wordt verwoord. Deelnemen aan het democratische debat vraagt evenzeer het durven herhalen van het standpunt, in andere bewoordingen en op andere plaatsen, het niet louter vertrouwen op de eigen mediakanalen, maar aanwezig te zijn in de seculiere media, het aangaan van de confrontatie met andere gezindten, het aanwenden van de middelen die eigen zijn aan de democratische besluitvorming (media, referenda, lobbying) tot, als dat nodig is, het durven op straat komen en vormen van burgerlijke ongehoorzaamheid toepassen. Het vraagt eigenlijk de nederigheid om de eigen waarheid niet alleen van de kansel te verkondigen, maar ook om ‘de boer op te gaan’ en de harten en de geesten van de mensen te winnen.
Wij zijn aanbelandt in een soort ‘wereld op maat’ zegt ons de anglicaanse spreker Revd Dr M. Moynagh. De levensstijlen variëren steeds meer aangezien ze gesneden zijn op de maat van individuele behoeften en voorkeuren. De dalende invloed van de Kerk in Groot-Brittannië (en waarschijnlijk in andere landen) is de weergave van diepgaande wijzigingen in de samenleving. Is het niet mogelijk dat de christelijke gemeenschappen andere vormen aannemen, en dat christenen hun gemeenschapsleven op zulke wijze delen met anderen dat ze beter weerklank vinden bij hun tijdgenoten? Frisse, nieuwe kerkvormen moeten aangemoedigd worden.
Domina L. Flachon benadrukte dat de protestantse Kerken het Woord van God centraal stellen. Dit Woord doordringt alle aspecten van ons leven en heeft te maken met de persoon in zijn totaliteit: in zijn persoonlijke, culturele en sociale dimensie. Nu worden de Schriften slechts het Woord van God hier en nu, wanneer ze geïnterpreteerd worden. De bezinning erover maakt dat het ook een levend Woord wordt. In het licht van dat Woord benaderen ze de actualiteitsonderwerpen en laten ruimte voor verscheiden gevoeligheden. Het Woord is een spreken dat de waarheid aanreikt zonder er beslag op te leggen, dat aanknopingspunten biedt zonder te dwingen en dat een zekere belofte oproept zonder ze te willen opleggen
De tussenkomsten van protestantse Kerken trachten dus eerst en vooral de complexiteit van een debat aan te geven door elementen voor reflectie aan te reiken en iedere gelovige